x
x
x
x
x
Inrichting gebieden
In ons natuurbeheer streven we er eveneens naar de negatieve gevolgen van klimaatverandering tegen te gaan. Ons nieuw ingerichte gebied Leuvenumse Beek bijvoorbeeld dient ook als waterberging, terwijl de vernattingsmaatregelen in het Dwingelderveld voor een grote vermindering van de uitstoot van methaan, een zeer schadelijk broeikasgas, zorgen.
Naar een duurzame organisatie
Grote stappen zijn gezet, maar dat betekent geenszins dat Natuurmonumenten nu achterover kan leunen. In 2015 heeft de directie het duurzaamheidbeleid geformuleerd en goedgekeurd. Uitgangspunt van dit beleid zijn de adviezen van de Intergovernmental Panel on Climate Change (IPPC).
Ook dit jaar wisselden we weer een deel van het wagenpark in voor kleinere, zuiniger auto’s en is waar mogelijk de overstap naar rijden op biogas gemaakt. Bij de herbouw van Groot Speijck, een bezoekerscentrum in Oisterwijk (NB), hebben we eerst ingezet op vermindering van het energieverbruik om vervolgens zo groen mogelijk te gaan stoken: biogas van 100% gft-afval. We schakelden voor het papier voor onze huisstijl over op 100% gerecycled papier. Vanaf 2016 wordt ook ons ledenblad Puur Natuur op dit papier gedrukt.
De milieueisen aan onze inkoop werden in 2015 aangescherpt. Al onze inkoop gaat voldoen aan de minimumeisen die de overheid ook stelt bij ‘duurzaam inkopen’. En voor alles wat invloed heeft op onze voetafdruk is de CO2-uitstoot een belangrijk criterium. De uitstraling van alles wat bij ons merk hoort, moet natuurlijk en duurzaam zijn. Zo hebben we bijvoorbeeld een bedrijfskleding-trui geïntroduceerd van gerecycled textiel.
Onze duurzaamheid
Duurzaamheid is voor Natuurmonumenten vanzelfsprekend. In al ons handelen streven we ernaar onze klimaatvoetafdruk zo klein mogelijk te houden en zo weinig mogelijk te vervuilen. De afgelopen jaren zijn in dit kader stappen gezet. Zo worden vrijwel alle gebouwen verwarmd met biogas of andere duurzame energiebronnen en is een deel van het wagenpark elektrisch dan wel rijdend op biogas. Uiteraard houden we ook al onze leveranciers tegen het licht voor wat betreft hun duurzaamheid.
> Klimaat voetafdruk
> Klimaat voetafdruk
> Klimaat
> Klimaat
> Inrichting gebieden
> Inrichting gebieden
> Naar een duurzame organisatie
> Naar een duurzame organisatie
> Onze duurzaamheid
> Onze duurzaamheid
x
Onze duurzaamheid
Afschot grote wilde dieren
Een ontmoeting met grote wilde dieren zoals edelherten, wilde zwijnen, reeën of vossen behoort tot de mooiste natuurervaringen. We zijn trots op de aanwezigheid van deze dieren in onze natuurgebieden en gaan daar met grote zorgvuldigheid mee om. We houden de aantallen en de conditie van de dieren goed in de gaten, plaatsen en onderhouden hekken, en leggen verbrede wegbermen aan.
Desondanks veroorzaken wilde dieren soms schade. Als er schade is bij onze buren, de verkeersveiligheid in het geding is of bedreigde planten of dieren in gevaar komen, gaan we in het uiterste geval (als andere maatregelen niet werken) over op afschot. De uitvoering is in handen van boswachters en vrijwillige faunabeheerders en volgt de faunabeheerplannen die de provincies vaststellen. In 2015 bedroeg de afschot in onze gebieden 163 wilde zwijnen, 231 edelherten, 45 damherten en 35 reeën.
Waar dat kan creëren we mogelijkheden voor een natuurlijke ontwikkeling van deze dieren. In 2001 stopten we in het Deelerwoud (Gld) volledig met het afschot van edel- en damherten. In 2014 is deze zone uitgebreid met 1.000 hectare op de Veluwezoom en is ook de afschot van wilde zwijnen beëindigd. De dieren zijn minder schuw en hun zichtbaarheid neemt toe. Bovendien leren we hoe populaties zich ontwikkelen zonder afschot.
Afschot van vossen is aan de orde als andere kwetsbare natuurwaarden dreigen te verdwijnen, zoals weidevogels en hamsters. Voorwaarde is dat het beheer en de inrichting van een natuurgebied op orde zijn. Vijf wilde diersoorten zijn in Nederland vrij bejaagbaar: konijn, haas, fazant, wilde eend en houtduif. In onze gebieden wordt niet op deze dieren gejaagd.
> Inrichting gebieden
> Inrichting gebieden
> Naar een duurzame organisatie
> Naar een duurzame organisatie
> Onze duurzaamheid
> Onze duurzaamheid
x
Onze duurzaamheid
Aandacht voor cultuur
Het projectteam cultuur focust op de cultuuraspecten bij de veranderopgave: waarden, gedrag- en houdingsaspecten, en hoe deze structureel te verankeren. Medewerkers zijn immers allen ‘cultuurdragers’. Van belang daarbij is een werkomgeving waarin mensen zich veilig voelen om initiatief te nemen, fouten te maken en dingen los te laten. De implementatie van het programma ‘anders organiseren’ vindt in 2016 plaats.
De arbeidsvoorwaarden van Natuurmonumenten zijn vastgelegd in de raam-cao Bos en Natuur. De cao-teksten zijn openbaar en worden gecommuniceerd op de website van de Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE). Natuurmonumenten is aangesloten bij het Bedrijfstak Pensioenfonds voor de Landbouw (BPL).
Nieuwe structuur
We willen daarnaast één Natuurmonumenten zijn in denken en doen, waarbij strategie en uitvoering directer aan elkaar gekoppeld zijn. De huidige regiostructuur wordt daarom verlaten. De beheereenheden worden beter gefaciliteerd om deze ambitie waar te kunnen maken, met ‘meer handen aan de schop’ en door centrale afdelingen ondersteund vanuit vakexpertises.
Ook de eisen die we aan onze medewerkers stellen veranderen. In de HR-visie zijn drie speerpunten leidend: persoonlijk leiderschap, talentmanagement en flexibele, duurzame inzetbaarheid.
De afdeling HR heeft een belangrijke initiërende en faciliterende rol voor de ontwikkeling en begeleiding van medewerkers. Daarbij geldt dat iedere werknemer zelf verantwoordelijk is voor zijn eigen ontwikkeling en voor het ontplooien en aanwenden van zijn talenten.
Vanuit de Natuurmonumenten Academie worden medewerkers begeleid door leertrajecten, intervisie, coaching en opleiding. Voor seniore werknemers zijn er 50+ workshops om goed inzetbaar te blijven. Jongere collega’s (Jong NM) worden voor uitwisseling van kennis en ervaring aan seniore collega’s gekoppeld.
Human Resources Management
De recente tussenbalans van het meerjarenplan 2013-2018 heeft geleid tot een focus op twee strategische hoofdlijnen: goed beheerder en burgerbeweging. Daarbij gaat het om het ontwikkelen en beheren van onze natuurgebieden in verbinding met mensen.
Tevens werd duidelijk dat er een opgave ligt met betrekking tot de cultuur en de structuur van de organisatie. Medio 2015 startte daarom het verandertraject ‘anders organiseren’. We zullen flexibeler, slagvaardiger en sneller moeten reageren op de veranderende omstandigheden en nadrukkelijker keuzes maken. Onze beheereenheden komen nadrukkelijk centraal te staan.
> Aandacht voor cultuur
> Aandacht voor cultuur
> Nieuwe structuur
> Nieuwe structuur
> Medewerkers
> Medewerkers
> Human Resources Management
> Human Resources Management
x
Human Resources
Beheer en beleid
- De negatieve effecten van milieufactoren op onze gebieden.
We zijn hierbij afhankelijk van overheid en andere partijen. Aan herstelmaatregelen binnen de natuurgebieden zit een grens; vermindering van de negatieve milieudruk is noodzakelijk. Veel lobbywerk gaat naar waterkwaliteit, antiverdroging en de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). PAS-maatregelen moeten voor ons primair natuurherstel tot doel hebben.
- Natuurmonumenten en partners.
We werken graag en veel samen met onder meer agrariërs en particuliere grondeigenaren. De belangen botsen soms. We besteden veel tijd aan een goede verstandhouding.
Financieel en juridisch
- Inkomsten uit fondsenwerving en sponsoring.
In 2015 is het CRM-systeem (Client Relationship Management) verder ontwikkeld; wij verwachten dit in 2016 operationeel te hebben. Dit systeem stelt ons beter in staat in te spelen op de wensen en interesses van onze leden en partners.
- Omgang met het vermogen.
Ondanks de gunstige economische ontwikkelingen, blijven we een voorzichtig beleggingsbeleid hanteren. Het vermogen en de rendementen daarvan zijn immers noodzakelijk voor de continuïteit en de dagelijkse bedrijfsvoering.
- Te weinig systematisch benutten van nieuwe verdienmodellen.
Sinds 2014 wordt er structureel aandacht besteed aan houtoogst, biomassa, vakantiewoningen en natuurbegraven. Daarnaast is in 2015 een start gemaakt met het professionaliseren van de inkoopfunctie en worden besparingsmogelijkheden programmatisch geïdentificeerd en geëffectueerd.
- Klacht bij de EC.
In 2011 heeft de EC goedkeuring verleend aan een nieuwe subsidieregeling voor natuurbeschermingsorganisaties, waaronder Natuurmonumenten. Deze nieuwe regeling komt in de plaats van de oude subsidieregeling, de zogeheten PNB-regeling. Naar aanleiding van een door de Vereniging Gelijkberechtiging Grondbezitters (VGG) ingediende klacht oordeelde de Commissie, in een Besluit d.d. 2 september 2015, dat de Staat de maatregel onterecht niet van te voren heeft aangemeld bij de Commissie, maar dat de steun (nu achteraf) alsnog is goedgekeurd. De klacht is daarmee ongegrond verklaard. Op 19 februari 2016 is door de VGG beroep aangetekend tegen dit besluit van de Europese Commissie.
We zien de afwikkeling met vertrouwen tegemoet zodat we ons helemaal kunnen richten op onze relatie en samenwerking met particuliere natuurbeheerders, die Natuurmonumenten van grote waarde vindt.
Reputatie
- Reputatie.
Zoals elke organisatie, is ook Natuurmonumenten gevoelig voor reputatieschade. Imagoschade heeft direct repercussies voor de inkomsten. Daarom gaan we regelmatig het gesprek aan met onze stakeholders – van politici tot burgers en van boeren tot journalisten. Transparant en omgevingsbewust.
- Organisatorisch.
Onze werkorganisatie wordt anders georganiseerd. De onrust en het tijdsbeslag die hiermee gemoeid zijn, kunnen van onze corebusiness afleiden. Het management is zich hiervan zeer bewust. Door strakprogrammamanagement en heldere communicatie houden we de effecten zo klein mogelijk.
> Reputatie
> Reputatie
> Financieel en juridisch
> Financieel en juridisch
> Beheer en beleid
> Beheer en beleid
x
Risicomanagement
Nieuwe doelgroepen
In 2016 willen we ons ook richten op doelgroepen die wel naar buiten gaan maar daarbij niet echt oog hebben voor de natuur. Door hen meer te wijzen op de schoonheid en rijkdom van
de natuur, hopen we ook bij deze groep een grotere betrokkenheid te bereiken.
Dat geldt bijvoorbeeld voor mensen van buitenlandse komaf en zogeheten ‘sociaal zwakkeren’. Het initiatief van het Haags Gemeentemuseum om in het kader van de tentoonstelling ‘Holland op z’n mooist’ Hagenaars uit Vogelaar-wijken op een andere manier kennis te laten maken met het Hollandse landschap door te varen op de Nieuwkoopse Plassen, hebben we daarom graag ondersteund.
x
Nieuwe doelgroepen
Bestuur en organisatie
De verenigingsraad, het bestuur en de directie bepalen de koers van Natuurmonumenten. De verenigingsraad, de afvaardiging van de leden, zorgt ervoor dat de stem van de leden duidelijk doorklinkt, zet de hoofdlijnen van beleid uit en benoemt bestuursleden. De directie – benoemd door het bestuur – is verantwoordelijk voor de dagelijkse bedrijfsvoering. Ze legt daarover verantwoording af aan het bestuur.
Het bestuur heeft de algemene leiding. Het bestuurt op hoofdlijnen; de uitvoering van beleid is gedelegeerd aan de directie. Het bestuur bestaat uit negen personen die ieder voor vier jaar worden benoemd met de mogelijkheid van eenmalig vier jaar verlenging. In 2015 trad Martin Wassen na acht jaar af. Wassen was vanwege zijn grote ecologische kennis benoemd in het bestuur van Natuurmonumenten; hij is opgevolgd door Koos Biesmeijer, werkzaam bij Naturalis. Droevig was het bericht van overlijden van Harrie Penders op 22 december. Hij was sinds 2009 lid van het bestuur; daarvoor was hij vier jaar lid van de verenigingsraad.
Het bestuur
De Mid Term Review, halverwege de uitvoering van het Meerjarenplan 2013–2018, leidde tot de conclusie dat de koers van het meerjarenplan nog steeds de goede is. Wel verdient het aanbeveling om te focussen op twee in plaats van op vier hoofdlijnen: op het zijn van een burgerbeweging en van een goede beheerder. Een belangrijke conclusie was ook dat de structuur, cultuur en werkprocessen van de organisatie beter afgestemd moeten worden op de doelstellingen voor de komende jaren. Dat leidt tot een ingrijpende verandering van de werkorganisatie.
Het bestuur besloot tot het geven van prioriteit aan het verwerven van de ‘ontbrekende schakels’ in en tussen natuurgebieden in het Nationaal Natuurnetwerk. De inrichting van deze stukken landbouwgrond kan zorgen voor bijvoorbeeld een betere waterstand voor het gehele gebied en daarmee voor efficiënter beheer en een betere natuurkwaliteit. Een deel van het vermogen wordt ondergebracht in een bestemmingsreserve om deze ‘ontbrekende schakels’ aan te kunnen kopen. Overigens streven wij er uitdrukkelijk niet naar alles zelf te kopen en te beheren. Andere partijen kunnen dit vaak ook heel goed en soms ook beter. Natuurmonumenten werkt graag met hen samen.
Het bestuur gaf verder prioriteit aan de aanleg van de overige eilanden van de Marker Wadden en het verwerven van de daarvoor benodigde financiële middelen. Ter voorbereiding van de voor 2016 geagendeerde achterbanraadpleging over het landschap voerde het bestuur gesprekken met David van Reybrouck, grondlegger van de G1000 in België. Belangrijke onderwerpen waren verder de risicomatrix en de zelfevaluatie van het bestuur.
De verenigingsraad
In 2014 vroeg Natuurmonumenten haar leden naar hun wensen ten aanzien van natuurbeleving. Met de uitkomsten hiervan stelde de verenigingsraad vorig jaar een Uitvoeringsagenda op. Voor de 55 meest bezochte natuurgebieden is een lange lijst aan actiepunten opgesteld, waarmee de beheereenheden aan de slag gaan.
Op verzoek van de verenigingsraad is de visie Natuur en gezondheid opgesteld. Natuurmonumenten biedt ruimte aan initiatieven die betrekking hebben op de relatie natuur-gezondheid op voorwaarde dat deze voor de organisatie niet tot kosten leiden.
De verenigingsraad heeft het beleid rondom het laten liggen van afgeschoten dieren gewijzigd. Tot voor kort werden alle geschoten grote dieren in het natuurgebied achtergelaten. Uit de achterbanraadpleging Groot Wild bleek dat er ruimte is om een deel van het afschot te benutten. Dit sluit aan bij de maatschappelijke trend om te eten uit de natuur. Het nieuwe beleid maakt het mogelijk een deel van de dieren uit het natuurgebied te nemen om te verkopen. Ten minste vijftig procent van de dieren moet in de natuur blijven liggen.
Vernieuwing
Eind 2015 en begin 2016 boog de verenigingsraad zich op verzoek van het bestuur over een nieuwe invulling voor de vereniging. Een vereniging nieuwe stijl die past in onze huidige samenleving. Gezien de veranderingen in de maatschappij en de uitdrukkelijk wens van bestuur, directie én verenigingsraad om meer dan tevoren een burgerbeweging te zijn, voldoet de huidige verenigingsstructuur wellicht niet meer. Stond de raad voorheen te veel met het gezicht naar bestuur en directie; anno nu moet dat meer de maatschappij zijn. Zo werken wij tegelijkertijd aan een vernieuwing van de vereniging en van de organisatie. Wij zijn blij met de betrokkenheid van de verenigingsraadsleden en districtscommissies. Als stem van de leden drukken zij hun stempel op het beleid en leveren zij een bijdrage aan een nieuw en modern Natuurmonumenten. De verenigingsraad komt eind 2016 met een advies.
Verantwoordingsverklaring
Als houder van het CBF-Keurmerk en ondertekenaar van de Code Wijffels, geeft Natuurmonumenten invulling aan drie principes.
1. Scheiding tussen de functies toezicht houden, besturen en uitvoeren
Het democratische verenigingskarakter van Natuurmonumenten waarborgt dat de verenigingsorganen – verenigingsraad, bestuur en directie – zorgvuldig en transparant zijn samengesteld en dat de functies toezicht houden, besturen en uitvoeren goed zijn belegd. In 2015 is een begin gemaakt met het opstellen van een streefbeeld voor 2020. Doel is het moderniseren van het functioneren als vereniging en het verbinden van de vereniging met de bredere beweging van alle mensen met hart voor de natuur.
2. Optimale besteding van middelen
Veilig stellen van de ‘ontbrekende schakels’ in onze natuurgebieden is een van onze speerpunten voor de komende jaren. Meer nog dan voorheen kijken we naar alternatieve manieren van financieren. Crowdfunding en andere burgerinitiatieven worden geëntameerd en gefaciliteerd.
3. Optimale relaties met belanghebbenden
In 2015 is een begin gemaakt met een achterbanraadpleging over het landschap. Hoe moet ons landschap eruit gaan zien? We organiseerden hiertoe een streekconferentie, de Norg100. Zowel de deelnemers uit de streek als wij waren zeer enthousiast. Voor 2016 staan meer streekconferenties op het programma.
De districtscommissies
Alle provincies en Amsterdam hebben een districtscommissie (dc). Dat Amsterdam een eigen districtscommissie heeft, is het gevolg van het feit dat Natuurmonumenten in 1905 in de hoofdstad is opgericht. De districtscommissies onderhouden het contact met de leden. 84 districtsafgevaardigden vormen de verenigingsraad. De raad zorgt ervoor dat de stem van leden doorklinkt in de koers van de vereniging. De districtscommissies zijn actief op zoek naar meningen en wensen van leden in hun district. Daartoe organiseren ze excursies, ledenavonden, themabijeenkomsten en klankbordsessies over natuur in de buurt. Zij doen dit belangeloos, als vrijwilligers, en ontvangen alleen een vergoeding voor daadwerkelijk gemaakte onkosten.
Lees meer over wat de districtcommissies bezighoudt
Groningen
Ieder jaar organiseren de ‘groene’ organisaties in de provincie Groningen een middag waar de vrijwilligers van deze organisaties elkaar ontmoeten. De dc was in 2015 betrokken bij de organisatie van de bijeenkomst in De Onlanden. Gedeputeerde Henk Staghouwer kreeg een petitie overhandigd, waarin werd aangedrongen op een snelle aanleg van veilige passages voor otters en bevers langs en onder de snelweg A28.
Friesland
Voor het beheer van de weidevogelgebieden in de Greidhoeke heeft de beheerder samen met de omwonenden een nieuwe natuurvisie opgesteld. De districtscommissie leverde voorzitters en input voor dit proces. Op de ledenbijeenkomst 2015 presenteerde de dc het eerste exemplaar aan de burgemeester van Littenseradiel. Samenwerking met gemeente, boeren en burgers is nodig om de visie te realiseren.
Drenthe
Onze achterban is erg betrokken bij de bedreigingen voor het Drentse landschap. Het is tijd voor een actieve opstelling van de natuurorganisaties om de ontwikkelingen bij te sturen, ook buiten de natuurgebieden van Natuurmonumenten. In Norg vond een bijeenkomst plaats waarin inwoners op een nieuwe manier worden gestimuleerd zelf bij te dragen aan een beter landschap.
Overijssel
In 2015 kwam een uniek stukje natuurgebied te koop met grote natuurwaarde, gelegen in het Hoge Broek bij Raalte. Het was voor de dc van wezenlijk belang deze nog ontbrekende schakel met blauwgraslandvegetatie aan te kopen. De dc heeft zich verplicht via crowdfunding hieraan een financiële bijdrage te leveren.
Flevoland
Na gesprekken met vrijwilligers in de provincie heeft de dc gewezen op enkele knelpunten. Zo beluisteren wij, dat de vrijwilligers meer begeleiding door de boswachters wenselijk vinden, dat ze soms worden gevraagd voor klussen waarvoor ze aanvankelijk niet zijn begonnen met het vrijwilligerswerk en hebben zij zorgen over de veiligheid bij het werken met mensen met een sociale of lichamelijke beperking. De dc vindt dat hiervoor vanuit de directie meer aandacht moet zijn.
Gelderland
De dc heeft ook in Heumensoord bij Nijmegen een Permanente Contact Groep (PCG) opgericht. Daarmee hebben alle acht grotere gebieden van Natuurmonumenten in Gelderland nu een PCG. De groepen bestaan uit tien tot vijftien leden uit de omgeving, die regelmatig met de beheerder overleggen over het beheer in al zijn aspecten.
Utrecht
In juni kwamen ruim 140 omwonenden van Op Hees en Soesterveen naar de informatieavond over de nieuwe natuurvisie voor beide natuurgebieden. De grote betrokkenheid bij de gebieden en de nieuwe visie mondde later in het jaar uit in een bijeenkomst over de mogelijke oprichting van een community voor Soesterveen.
Noord-Holland
Een enquête onder de leden van de email-klankbordgroep wees uit dat de respondenten voorstander zijn van duurzame energie in het algemeen én dat zij wensen dat Natuurmonumenten zich meer uitspreekt over windmolens in het bijzonder. De uitkomsten zijn voorgelegd aan bestuur en directie van de vereniging. Zij beraden zich op een meer uitgesproken mening over dit onderwerp.
Amsterdam
Tijdens drie vleermuisexcursies in het Vondelpark genoten onze Amsterdamse leden van stads groen. Ook bezochten we ‘onze’ weidse natuur in IJdoorn, het enige gebied van Natuurmonumenten binnen de stadsgrenzen van Amsterdam. Naast de excursies namen we deel aan de zesdaagse beheer-kwaliteitstoets. We onderzoeken momenteel de mogelijkheden voor het creëren van een community rondom IJdoorn.
Zuid-Holland
Ruim 62 procent van de bijna drieduizend respondenten in onze achterbanenquête vindt dat de dc zowel naar lokale als naar regionale en landelijke natuurthema’s moet omzien. Van de overige 38 procent vindt de meerderheid dat een districtscommissie zich vooral moet concentreren op lokale (16 procent) dan wel regionale thema’s (15 procent). Overigens wist de helft niet dat Natuurmonumenten een vereniging is of dat leden via een dc hun stem kunnen laten horen.
Zeeland
De dc organiseerde een bijeenkomst over een nieuwe natuurvisie voor Zuid-Beveland, waar zestig vrijwilligers en (dc-)leden aan deelnamen. Alle tips en aanbevelingen worden bekeken en waar mogelijk meegenomen in de nieuwe visie. Ook externe partijen, zoals de recreatiesector, worden bij het proces betrokken.
Noord-Brabant
Onmiskenbaar hoogtepunt was de ledenbijeenkomst over de (her-)introductie van het wild zwijn in Brabant, waar ruim honderd mensen aan deelnamen. De levendige discussies tussen voor- en tegenstanders, natuurbeschermers en boeren, leidden niet tot een gemeenschappelijke conclusie, maar mogelijk wel tot meer wederzijds begrip.
Limburg
In 2015 startte de dc een email-klankbordgroep met een korte enquête over grote grazers. Aanleiding voor dit onderwerp was bezwaar van omwonenden tegen het uitzetten van de tauros in het natuurgebied Wijffelterbroek bij Stramproy. De tauros (een teruggefokt oerrund) is groter en indrukwekkender dan de bekende grazers, zoals de Galloway. Zestig procent van de geënquêteerden was positief over de inzet van grote halfwilde grazers.
Verhalen van onze betrokkenen
Bert Groen, voorzitter van de districtscommissie Drenthe
“Ik ben in 2008 lid geworden van Natuurmonumenten, toen ik als vrijwilliger in het bezoekerscentrum van Dwingelderveld ging werken. Door mijn contacten aan de balie heb ik een idee hoe het gemiddelde publiek tegen Natuurmonumenten aankijkt. Die ervaring neem ik mee naar de districtscommissie. Ik ben in 2009 kandidaat-lid geworden en nu ben ik voorzitter. De stap naar de districtscommissie was logisch, want ik heb als oud-burgemeester een bestuurlijke achtergrond.
We kwamen in actie toen Drenthe het flora- en faunabeleidsplan wilde herzien. Met de resultaten van de Groot Wild Enquête in de hand was dat een goed moment om de nulstand voor groot wild ter discussie te stellen. Met succes, want het edelhert en damhert zijn na de herziening welkom. Nu het wild zwijn nog. Verder blijven we ons verzetten tegen de schaalvergroting van de landbouw. De ‘groene woestijn’ blijft maar groeien.”
Bottsje de Hoop, secretaris districtscommissie Noord-Holland
“Natuur is noodzaak. Omdat we in ons kleine land allemaal een plek willen, is de natuur in de verdrukking gekomen. Wonen en werken gaan vaak voor, dus moeten we ook ruimte maken voor natuur. Dat is de reden waarom ik in 1999 lid werd van Natuurmonumenten. Niet alleen omdat de organisatie grote gebieden behoudt en beheert, maar ook vanwege de idealistische component. Natuur hoort bij mensen en verrijkt je leven.
Sinds kort ben ik secretaris van de districtscommissie Noord-Holland. Onze districtscommissie bestaat voor de helft uit nieuwe leden. In 2015 hebben we daarom geïnvesteerd in teambuilding. Vanuit een inventarisatie van ieders sterke punten zijn we onze toegevoegde waarde voor de leden in Noord-Holland en de vereniging als geheel gaan verkennen. We verwachten hier in 2016 de vruchten van te kunnen plukken.”
Erik Quené, voorzitter districtscommissie Groningen
“Mijn ouders waren trouw lid van Natuurmonumenten. Ikzelf sinds 1970. Daarvoor was ik lid van de NJN (Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie). Als je opgroeit met natuur, hou je die interesse. Ik studeerde ecologie, maar rolde het management in. Ik ben daarom blij dat ik me via de districtscommissie kan inzetten voor de natuur. Dat doe ik nu acht jaar, sinds januari als voorzitter.
De dc houdt zich nu bezig met het opzetten van community’s van omwonenden rondom een gebied. Door te verbinden, te luisteren en te faciliteren. Betrokkenheid bij natuur om de hoek is heel concreet. Die rol in de gemeenschap kan ons als vereniging sterker maken. Een goed voorbeeld is de community rondom het Biesummerbos bij Delfzijl. Leden van Natuurmonumenten en niet-leden denken en helpen mee met het beheer. Die zorg levert prachtige natuur op.”
Ingrid Scholten, lid districtscommissie Gelderland
“In Gelderland is genoeg om over na te denken. Over wild, bijvoorbeeld. Dat is sinds de Groot Wild Enquête in 2013 een hot topic voor de Gelderse districtscommissie. Kunnen we de afschotvrije zone van het Deelerwoud verder uitbreiden? En hoe zorgen we er dan voor dat de verhoudingen met de buren goed blijven? Superinteressant allemaal.
Liefde voor de natuur begint in de eigen achtertuin. Goed dus dat binnen Gelderland tal van contactgroepen actief zijn. Bijna alle leden van de dc zijn ook voorzitter van een platform van omwonenden van een gebied. Ik kreeg de contactgroep van Veluwezoom toegewezen. En wat de omwonenden hier bezig houdt gaat lang niet altijd over het beheer van de natuur. Er is bijvoorbeeld veel aandacht voor de parkeerdrukte bij het bezoekerscentrum in Rheden. Ook is besproken hoe men aankijkt tegen een nieuw fenomeen: natuurbegraven.”
> Verhalen van onze betrokkenen
> Verhalen van onze betrokkenen
> De districtscommissies
> De districtscommissies
> Verantwoordingsverklaring
> Verantwoordingsverklaring
> Vernieuwing
> Vernieuwing
> De verenigingsraad
> De verenigingsraad
> Het bestuur
> Het bestuur
> Bestuur en organisatie
> Bestuur en organisatie
x
Bestuur en organisatie
Beleggingsbeleid
Het vermogen van Natuurmonumenten (222 miljoen euro op 31 december 2015) bestaat uit een kernvermogen van 168 miljoen euro voor continuïteit en voor een jaarlijkse bijdrage aan de exploitatie, 54 miljoen euro aankoopreserves en bestemmingsfondsen. Het gehele vermogen wordt belegd via vermogensbeheerders.
Uitgangspunt is een voorzichtig beleggingsbeleid. In de praktijk betekent dit een verdeling in 30 procent staatsobligaties, 35 procent bedrijfsobligaties, 10 procent Nederlandse hypotheken en 25 procent aandelen.
Vanzelfsprekend belegt Natuurmonumenten uitsluitend in duurzame beleggingsfondsen. We hanteren een aantal uitsluitingen zoals porno, bont en wapens. Bovendien hanteren we het ‘best in class’-principe: alleen in bedrijven die bovengemiddeld scoren op het gebied van duurzaamheid wordt belegd.
Duurzaam beleid
In 2016 verhogen we de duurzaamheidseisen nog verder door hieraan impact en engagement toe te voegen. Impact betekent dat we – via onze vermogensbeheerders – meer willen beleggen in bedrijven die goed scoren op het gebied van klimaatverandering, biodiversiteit, zuiver water of schone energie. Engagement impliceert dat we onze vermogensbeheerders vragen er bij de bedrijven waarin wordt belegd op aan te dringen duurzaam te innoveren.
Inkoopbeleid
Niet alleen het beleggingsbeleid, ook het inkoopbeleid werd in 2015 onder de loep genomen. Op dit moment wordt er nog veel decentraal ingekocht. Dat geldt bijvoorbeeld voor klein beheermateriaal (bladblazers, kettingzagen), schilderwerk, schoonmaak en advies. Decentrale inkoop werkt vaak kostenverhogend, omdat ‘kwantumkortingen’ zo misgelopen worden, maar kan soms noodzakelijk zijn, bijvoorbeeld omdat een plaatselijke aannemer bekend is met onze natuurgebieden.
Daarom bekijken we voor alle inkoopcategorieën – van kantoorartikelen tot maaiwerkzaamheden en van kantinebenodigdheden tot bedrijfskleding – wat de beste manier van inkoop is. Is centraal inkopen voor een bepaalde categorie goedkoper of duurzamer, dan wordt centrale inkoop daarvoor de norm. Als centrale inkoop geen meerwaarde biedt, dan blijft de inkoop decentraal. Het nieuwe inkoopbeleid wordt meer dan voorheen bindend.
> Inkoopbeleid
> Inkoopbeleid
> Duurzaam beleid
> Duurzaam beleid
> Beleggingsbeleid
> Beleggingsbeleid
x
Beleggingsbeleid
Bestuur
Onze duurzaamheid
Human Resources
Risicomanagement
Bestuur en organisatie
Beleggingsbeleid
Bestuur en organisatie
Natuurmonumenten is een vereniging, en als zodanig zijn wij aan strenge regels gebonden. De verenigingsraad, het bestuur en de directie bepalen de koers van de vereniging Natuurmonumenten.
Zo houden we toezicht, bestuur en uitvoering strikt gescheiden, zorgen we er voor dat onze middelen optimaal worden besteed en houden we onze stakeholders op de hoogte van de ontwikkelingen.
FULL SCREEN
MEER
INFORMATIE
ONZE
CIJFERS
BESTUUR&
ORGANISATIE
WIJ
BEWEGEN
WIJ
BEHEREN
WIE
ZIJN WIJ?
HOME
INHOUD
DELEN
DOORSTUREN
CONTACT
LID WORDEN?